Productinformatie
Soppec Tracing 500 Driver
De TRACING® LIJNMARKERING wordt gebruikt om oppervlakken af te bakenen, de doorstroom te optimaliseren door middel van lijnen binnen en buiten.
Doorvoer magazijnen, sportcomplexen, grasachtige oppervlakken, fietspaden, parkeerterreinen TRACING® is bedoeld voor grondmarkeringen op ondergronden die niet intensief worden gebruikt.
EIGENSCHAPPEN
- Uitstekende hechting
- Goede weerbestendigheid en sneldrogend: 15 tot 20 min. of sneller
- Strakke lijnen dankzij een speciaal mondstuk
- Markeertijd: ongeveer 12 maanden afhankelijk van de ondergrond en de belasting van de lijnen
- Gebruikstemperatuur: +5°C tot 40°C
Deze maten zijn bij benadering | 1 spuitbus 500 ml | 1 doos van 12 spuitbussen 500 m |
1 spuitbus 750 ml |
||||
1 laag |
2 lagen |
1 laag |
2 lagen |
1 laag |
2 lagen |
||
Trage voortgang (snelheid -1,5 km tot 2,5 km/uur) | 50 m | 25 m | 600 m | 300 m | 100 m | 50 m | |
Snelle voortgang (snelheid -3,5-4,5 km/uur) | 75 m | 37 m | 900 m | 450 m | 150 m | 75 m |
KENMERKEN:
Samenstelling
Basis: acryl
Pigmenten: mineralen en organische stoffen vrij van lood en cadmium
Oplosmiddelen: complex mengsel, vrij van gechloreerde oplosmiddelen en aromatische verbindingen (tolueen, xyleen en dergelijke)
Drijfgas: specifiek mengsel van isobutaan en propaan
Wijze van aanbrengen
Handmatig of met onze toepassingshulpmiddelen (markeerwagen met 4 wielen, markeerpistool, zie pagina 15 tot 17)
- Ondersteboven gebruiken. Stel de spuithoogte in met behulp van de gebruikte apparatuur in overeenstemming met de gewenste lijnbreedte
- VÓÓR GEBRUIK: De spuitbus goed ondersteboven schudden om de verf goed te mengen zelfs nadat het kogeltje duidelijk te horen is.
- NA GEBRUIK: rechtop houden en doorblazen (totdat er alleen nog drijfgas uitkomt), om de spuitmond en de sproeikop te reinigen.
Hygiëne en veiligheid
Op de CLP-etikettering staat één enkel pictogram
Gevarenaanduidingen
H222 Zeer licht ontvlambare aerosol.
H229 Houder onder druk: kan open barsten bij verhitting.
EUH208 Bevat TALLOL FATTY ACIDS, COMPOSES MET OLEYLAMINE. Kan een allergische reactie veroorzaken.
AANBRENGEN EN OMGEVINGSVOORWAARDEN
Ongeacht de aard van de ondergrond dient aan de volgende voorwaarden te worden voldaan voor een juiste toepassing van TRACING®:
Goed prepareren van het te verven oppervlak is essentieel om een goede hechting van de verf te verkrijgen.
Reinig het oppervlak grondig zodat het vrij is van de stof, vuil, vet en dergelijke.
De vochtigheidsgraad dient tussen 10 en 50% te liggen. De verwerkingstemperatuur mag niet lager zijn dan 5°C.
Voor het verkrijgen van een goede lijnkwaliteit, dient de eerste fase snel te worden doorlopen (primerlaag); de tweede en eventueel derde fase dient echter langzamer te worden toegepast om de gewenste dekking te verkrijgen.
Aanbevolen per type ondergrond
- BETON Met het aanbrengen van TRACING® op een nieuwe ondergrond, moet minstens 3 tot 4 weken worden gewacht, zodat het beton (DTU-norm) kan drogen en de zuurgraad kan normaliseren.
- ASFALT Het wordt aanbevolen om minstens 15 dagen te wachten alvorens een markering op een nieuw asfaltoppervlak aan te brengen zodat de kwaliteit van de markering niet wordt aangetast.
- BIJZONDERE GEVALLEN “Synthetische” ondergronden (kunststof, PVC, vernis) en geverfde ondergronden (Epoxy, PU). Er zijn heel veel soorten verf en de vloerverf en TRAKING® kunnen onverenigbaar zijn (vanwege hechtingsproblemen). Het is daarom raadzaam in deze zeer specifieke gevallen vooraf een test uit te voeren.
De lijnen kunnen worden afgedekt met onze PROTECT LINE-vernis om de duurzaamheid en de weerstand tegen vervuiling te vergroten.